Onderweg kom je nog weleens wat tegen. Zo belandden we op de terugweg van onze vakantie in Nederland in een tentje waar de gebruikelijke saté, schnitzel en meer van dat soort hoogstandjes op het menu stonden. De vriezer van dat soort etablissementen ligt meestal vol met voer van de groothandel en de frituur draait overuren.
Dat geeft niet als je aan het reizen bent. Zelfs na drie weken Franse culinaire verwennerij ben je na een autorit van vier uur toe aan een hap. En dat die dan nauwelijks smaak heeft, deert niet. Je smaakpapillen raken tenslotte verdoofd tijdens zo’n rit.
Terwijl wij ons overgaven aan een waterige diepvries tongfilet met frietjes viel het ons op dat het restaurantje veel klandizie had. Het terras stroomde vol. Niet alleen met mensen op ‘de terugreis’ maar overduidelijk ook met opgedofte klanten die een avondje lekker uit eten gingen. Wij bekeken het handgeschreven menu op de muur nog maar eens een keer. Zouden ze het vijfgangenverrassingsmenu kiezen?
Vijfgangen… We gingen tellen. Een soepje, schnitzel met friet en een ijsje. Dan bleven er nog twee gangen over. Misschien nog een koud voorafje? Huzarensalade? Nog één gang te gaan. Wat zou de groothandel daarin te bieden kunnen hebben?
Helaas moesten we door naar huis, er wachtten nog twee lange uren op de snelweg. Die vijfgangen zouden altijd een raadsel voor ons blijven.